Een zestigste verjaardag van machtsstrijd en groeiende verdeeldheid
Begin april zal de NAVO haar zestigste verjaardag vieren in Straatsburg. In heel Europa wordt gemobiliseerd om de top te confronteren met massaal protest. Kees Kalkman van anti-militaristisch onderzoekscollectief VD AMOK werpt een blik op de geschiedenis en problemen van het bondgenootschap.
Tijdens de Koude Oorlog was de NAVO de militaire organisatie van de Europese slagorde onder heerschappij van de VS, met de bedoeling te voorkomen dat een rivaliserende grootmacht (Duitsland of de Sovjet-Unie) zich meester zou kunnen maken van het hele Europese continent.
De NAVO had daarnaast altijd een interne rol: stabilisatie van de Europese zuidflank, waar deels autoritaire dictaturen uit de periode voor de Tweede Wereldoorlog overleefden en het kapitalistische moderniseringsproces leidde tot sociale onrust. NAVO-plannen werden in Turkije en Griekenland gebruikt om staatsgrepen te plegen. In Portugal werd NAVO-materieel met Atlantische goedkeuring zelfs gebruikt om koloniale oorlogen te voeren, omdat men terecht bang was dat de Portugese dictatuur het niet zou redden als die oorlogen verloren werden. Verder heeft NAVO-infrastructuur – zoals vliegvelden en computercentra, vooral in Duitsland – altijd een belangrijke rol gespeeld bij de ondersteuning van Amerikaanse oorlogen in het Midden-Oosten en Zuidoost-Azië (Vietnam).
Na de val van de Berlijnse Muur was de rol van de NAVO uitgehold. De oude Sovjetvijand was verdwenen, de stabiliserende rol in Zuid-Europa overgenomen door de Europese Unie met financiële middelen. Opheffing van de NAVO had voor de hand gelegen. Maar voor de Amerikanen is het militaire terrein het speelveld waar zij hun dominantie in het westerse kamp kunnen laten gelden. De NAVO blijft het instrument om te voorkomen dat de Europeanen hun eigen geopolitieke agenda volgen. Aan Europese kant speelden onzekerheid en verdeeldheid een rol.
Interventie in Joegoslavië
Twee projecten stonden garant voor het overleven van de NAVO in de jaren negentig. Ten eerste de uitbreiding naar het oosten, een vergelijkbare onderneming als de eerdere rol van de NAVO in Zuid-Europa. Het doel was die landen te stabiliseren en te binden in het Atlantische kamp. Het andere project was de militaire interventie in de Balkan (1995 Bosnië, 1999 Kosovo) om een einde te maken aan de burgeroorlog die ontstond nadat het Westen opgehouden was de Joegoslavische staat te ondersteunen. De Europese mogendheden durfden dit avontuur niet aan zonder de militaire macht van de VS. Voor de VS had de interventie het bijkomende voordeel dat ze in Kosovo een enorme militaire basis konden inrichten, gunstig gesitueerd voor operaties in de richting van het Midden-Oosten.
Na 2001 veranderde de situatie opnieuw ingrijpend. De VS sloegen in de oorlog tegen terrorisme een unilaterale, hegemonistische weg in. De NAVO werd, in de woorden van Peter van Ham (Instituut Clingendael) een soort saloon waar de sheriff zijn helpers verzamelt om de klopjacht op de schurken te organiseren. De ideeën gingen in de richting van een rolverdeling: coalitions of the willing om je in te vechten, en vervolgens een bezettingsmacht van de NAVO (eufemistisch ‘stabilisatiemacht’ geheten) om te consolideren. Maar in Irak liep het al mis. Frankrijk en Duitsland zagen om goede redenen helemaal niets in dit avontuur, de oorlog liep vast en de NAVO beperkte zich tot officiersopleidingen voor het Irakese leger.
Omsingeling van Rusland
Daarnaast ging de uitbreiding van de NAVO steeds verder. Met de ambitie om landen als Georgië en Oekraïne op te nemen ging het uitbreidingsproject onderdeel uitmaken van de omsingeling van Rusland, die sinds 2001 steeds verder zijn beslag kreeg. Dat Rusland – aangesterkt door hoge energieprijzen – zat te zinnen op een tegenzet, kon je zien aankomen. De zomeroorlog van Georgië in 2008 gaf Poetin en Medvedev de kans om de NAVO een bloedneus te bezorgen. De uitbreiding van de NAVO sloeg om in haar tegendeel en begon een destabiliserende rol te spelen. Verder diende Afghanistan zich aan. Op het eerste gezicht leek het een ideale situatie voor het spel van de verdeelde rollen. De VS hadden de Taliban uit het zadel gelicht, met mandaat van de VN was er een stabilisatiemacht (ISAF) ingericht en de NAVO kon die nu overnemen. Maar toen de NAVO eenmaal in Kabul zat ontwikkelde de situatie zich heel anders. De Taliban reorganiseerden zich over de Pakistaanse grens, de bevolking bleek wars van vreemde overheersing en het gewapend verzet nam razendsnel toe. Voordat ze het wist was de NAVO in een brute oorlog verwikkeld.
De verdeeldheid binnen de NAVO groeit nu opnieuw, een aantal NAVO-landen vecht tegen de bierkaai van de Taliban, andere (zoals Duitsland) beperken hun gevechtsinzet omdat ze vinden dat ze hiervoor niet zijn ingehuurd en geen basis hebben in de eigen bevolking. De uitkomst van de Afghaanse oorlog zal grote gevolgen hebben voor de NAVO. Als ze er niet in slaagt deze bevredigend af te wikkelen (een overwinning lijkt buiten bereik) is de toekomst onzeker.
Uit: De Socialist, februari 2009.
donderdag 12 februari 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten